Liesbeth Vandormael en Evert Vandenberghe presenteren ‘Carte Blanche’.

 Nog tot en met zondag 1 oktober 2023, (enkel in het weekend) loopt er een intrigerende tentoonstelling met werken van Evert Vandenberghe, gekend uit de reeks “don’t worry, be happy”. Lees ook het artikel “Carte Blanche een kunstzinnige ontmoeting met Evert Vandenberghe” .

Persinfo ging een kijkje nemen op de vernissage in het Augustijnenklooster in Edingen, een stadje met Middeleeuwse allures in Henegouwen.

Op een prachtige locatie in het Augustijnenklooster, Augustijnenstraat in Edingen ontmoeten we Liesbeth Vandormael uit Sint-Pieters-Kapelle, die met het idee kwam om met de prachtige kunstwerken van Evert iets te doen.

 Hierna de welkomsttekst door Liesbeth Vandormael, de initiatiefneemster van deze tentoonstelling:

 “Dames en heren,

Geachte genodigden,

Het is niet zonder enige fierheid dat ik deze bijzondere tentoonstelling in een al even bijzonder kader aan u vandaag mag voorstellen.

Het wordt echter een openingsspeech van iemand die wel veel praat, maar nu toch niet goed weet wat te zeggen. Of liever: die niet goed weet hoe te zeggen wat ze wil zeggen. Over kunst wordt er al zo veel gepraat. En toch ga ik het proberen.

Maar wees gerust, het wordt niet al té lang, want als ik zelf iets zeer vervelends vind, is het wel om een openingsspeech te moeten aanhoren, terwijl ik popel om te gaan kijken wat er te zien valt.

Het is een openingsspeech voor een expo met werken van een bijzondere kunstenaar ook, die ik intussen een vriend noemen mag.

Het is een artiest, die met een zachte fotografische blik naar de wereld en de omgeving rondom hem kijkt, om die indrukken dan geleidelijk op een leeg canvas weer te geven.

Toch bouwt hij met een bijna architecturale precisie zijn werken op, laag na laag na laag. Dat mag niet verwonderen, gezien zijn verleden als architect.

Dat “lagen" doen sprekers, schrijvers en eigenlijk alle andere doeners ook: we maken eerst een eerder 'simpele' of ruwe versie, en beginnen dan aan een tekst of werk te schaven: we brengen meer textuur, symboliek en reliëf, we halen iets weg en voegen details toe. Tot we, min of meer toch, tevreden zijn met het resultaat.

Ik probeer me in te denken hoe dat bij een kunstenaar gaat. Je begint altijd met een vol hoofd, maar met een leeg blad, een wit doek, een soort van 'vide', een canvas zonder bestemming. In Genesis staat dat er in den beginne alleen ledigheid was, en dat God daar op in werkte. Of je gelovig bent of niet, voor een kunstenaar moet dat volkomen duidelijk zijn.

En dan begin je. Want je moet eens beginnen, en hierbij voorzichtig alle onvolkomenheden negeren, en doorgaan.

Je begint, en daarmee kom ik aan de titel van onze tentoonstelling, met een “carte blanche”. Je geeft jezelf een blanco volmacht, en een volledige vrijheid van handelen, tenminste, zo lijkt het toch. Maar zo’n leeg canvas ligt steeds ook kwetsbaar voor jou: sneeuwwitte vellen in allerlei formaten die wachten op kleur, lege schetsboeken die vragen om gevuld te worden of schilderdoeken die smachten naar een penseel. En daar moeten dan van die prachtige pareltjes uit groeien.

Dat maakt kunstenaars zelf ook ergens kwetsbaar, zo’n carte blanche, want het is denk ik, ook een kwestie van loslaten, van beseffen dat de perfectie in wezen in de imperfectie ligt.

En dan worden je kunstwerken blootgesteld aan de meest uiteenlopende meningen en kritieken van mensen die ernaar kijken en ze in beschouwing nemen. En kritiek, goede en minder goede, op wat “kunst” zou moeten of kunnen zijn, is makkelijk en vooral heel persoonlijk. Dat lijkt vanzelfsprekend: als het je niet meteen raakt, is het geen kunst.

En toch, af en toe staan er zo van die kunstenaars op. Die een ogenschijnlijk eenvoudig iets, een landschap of zo, verhullen als een fait divers, een gewoon plaatje, maar die ons, onder die laag, met een onopvallende bescheidenheid confronteren met de essentie van kunst, met de essentie van wat is, of wat kan zijn. Niet van wat moet zijn. Geen toeters en bellen, geen woorden, geen tekst en uitleg. Vooral dat niet, want die kunst valt niet uit te leggen. Ze dringt zich niet aan je op, maar door-dringt je wel.

Die kunstenaars zijn zo intiem verbonden met hun werk, en ik kan het mij dus best voorstellen dat het een angstvallig gevoel moet zijn, als je je kunstwerken op de wereld loslaat. Dat je hoopt dat je eigen verwondering voor de architectuur, de natuur, de fenomenen in de natuur en de wetten die daar heersen, en die jij zo voorzichtig in je werk hebt proberen weer te geven ook zo zullen worden aangevoeld. Zo'n creaties zijn zeer uiteenlopend, en bestrijken een heel pallet aan gevoelens. De werken zijn vaak aandoenlijk, of schalks, soms pijnlijk of hartverscheurend, troostend of precies uitdagend, pertinent of dromerig, maar nooit zonder emotie. Het zijn gevoelens in een beeld.

Persoonlijk, zelf in de dagelijkse rush steeds op zoek naar puurheid en wat rust, was ik door de creaties van Evert quasi onmiddellijk betoverd, omdat zijn werken mij telkens weer terugbrengen naar andere belevingswerelden. Omdat het verfrissend is in deze drukke tijden de werkelijkheid op een andere manier te beleven; om je hart niet sneller, maar net trager te voelen kloppen, door werken die je de adem niet afsnijden, maar je net toelaten terug op adem te komen. Zoals Aristoteles het al verwoordde: “het doel van kunst is niet het uiterlijk van de dingen weer te geven, maar het innerlijk, want daar ligt de echte werkelijkheid”.

Deze kunstenaar is pur sang, hij ademt en leeft kunst, en toont ons kwetsbaarheid en gevoeligheden door ons een spiegel voor te houden. Zijn werken laten ons immers zelf zoeken naar verborgen denkwerelden, naar het leven zoals het eigenlijk is, maar dan nét iets anders. Dankzij zulke werken wordt, denk ik dan, beter recht gedaan aan de wereld die we samen delen. Kunst als brug van mens tot mens. Zijn werken doen je anders kijken naar wat je ziet.

En toch zijn de werken ook heel gevarieerd, maar diversiteit is kracht. Verschil is een schoonheid. En u zal zien, elk van de werken die hier worden tentoongesteld, is een pareltje, waar hart en ziel in ligt. De expo is ook niet afgelopen na deze vernissage, maar loopt door, en dat bedoel ik niet alleen letterlijk in tijd. Ik probeer geregeld naar kunst te kijken vanuit een ander perspectief, vanuit een ander gevoel, met een andere blik; meer dan geregeld zelfs, en ik nodig u uit dat ook te doen. Want daar begint het dus mee: kijken, en laten doordringen. Uiteraard staat het iedereen vrij van over de werken het zijne te denken. Maar kunst is beleven, en dat stopt niet na een avond.

Kunst moet iets met je doen: kunst moet behagen, moet choqueren, afstoten of aantrekken. Of beide. Kunst moet iets oproepen, moet lief zijn, moet uitdagen. Kunst moet verwonderen, het moet onderscheidend zijn, het moet je aanspreken in welke zin dan ook. Kunst mag jou niet loslaten en jij mag kunst niet loslaten. Kunst is liefde, haat, passie, verdriet of woede. Kunst is universeel, en tegelijk uniek. Kunst is genade. Kunst is alles.

Ik zou het kort houden, want ik zei het al: ware kunst behoeft eigenlijk geen woorden. Mijn advies is dus: kijk naar wat in dit klooster zo wonderlijk bijeen is gebracht. Ik pleit hier voor openheid en nieuwsgierigheid. Laat u meenemen door de kunstenaar naar zijn wereld, en treed binnen; u bent er van harte welkom!

Maar vooraleer ik mijn betoog hier dan echt beëindig, dien ik enkele mensen te danken.

Want als ik zeg dat het met enige fierheid is dat we hier staan vandaag, dan bedoel ik dat wij deze expo zijn begonnen vanuit een gek idee, en verder niets.

Geen grote budgetten, geen kunstgalerij, geen marketingbureau. En voor het voorbereidende werk hier werk 's avonds: geen licht.

Maar wel met de bereidwillige medewerking van enkele mensen, die een speciale vermelding verdienen, al vragen zij dat niet.

In de eerste plaats gaat onze meer dan hartelijke dank naar mijnheer Labeeuw, die met een ongelooflijk enthousiasme onmiddellijk mee sprong in het verhaal van deze expo, en zijn prachtige Augustijnenklooster hiervoor ter beschikking stelde.

Onze grote dank ook aan de Cercle Archéologique Royale van Edingen, en de heer Vanderstichelen, voor het opnemen van de drukkosten, het mee-denken en zoveel meer.

Dank aan de Orde van den Prince, land van Edingen en de stichting Zannekin, voor de gulle gift en steun. Dank je wel hiervoor, Mijnheer Camerlynck.

Een hartelijke dank aan alle vrienden, die op één of andere manier en waarmee dan ook, hebben bijgedragen tot deze mooie tentoonstelling. Jullie weten hoezeer wij daar dankbaar voor zijn.

En, last but not least, mijn onmetelijke dank aan de kunstenaar! Evert, al kennen we elkaar eigenlijk niet eens zo lang, we hebben elkaar de laatste tijd veel meegenomen, ik jou naar Edingen en de pittoreske omgeving hier, jij mij naar je werken en je manier van werken. We hebben elkaar in dat spontane idee van "we organiseren een expo" versterkt, zeker. Maar soms ook wat moeten afremmen, denk ik. En als wij het zelf niet deden, kwam er wel één of andere hindernis, zoals van je paard vallen bijvoorbeeld, of oude muren die niet altijd meewerken, of de tijd die plots te snel gaat. Maar we hebben doorgezet, en dat bewijst alleen dat we er iets unieks van wilden maken. Ik kreeg hiervoor jouw vertrouwen, en werd zo langzaam deelgenoot in een wereld, die ik eerst vanop de afstand van een toevallige passant mocht ontdekken, maar die nu, dat weet je intussen, in mijn hart is geslopen. Jij gaf mij voor deze expo ook een “carte blanche”, en ik hoop dat ik ze ietwat mooi mee heb ingekleurd.

En dan nodig ik jullie nu graag uit om kunst én klooster, kunst in een klooster, verder te gaan ontdekken.

Dank u wel!

Foto’s en video: ©Chris Noerens


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?