LENNIK – Op de gemeentelijke begrotingscommissie van vorige week pakte gemeenteraadslid Eddy Warrand uit met een rapport van Dexia Bank over de financiële toestand van de gemeente Lennik. De cijfers geven een zicht op de kost per inwoner.
Warrand haalde een aantal cijfers aan uit het “Individueel Financieel Profiel Lennik”, opgesteld door Dexia. Dat rapport werd de vrijdag voordien op het gemeentehuis toegelicht op het gemeentehuis. Buiten Warrand was er niemand anders van het college van burgemeester en schepenen aanwezig terwijl enkele dagen later het budget van de gemeente besproken werd op de budgetcommissie. Volgens Warrand kunnen er vele vragen gesteld worden bij de financiële profiel van de gemeente Lennik. Hij wijst er op dat de gemeentelijke financiën de jongste 18 jaren in handen waren van dezelfde schepen.
De bank baseert zich voor dit profiel op de rekeningen van 2006 tot en met 2010 en op de begroting 2011. Lennik wordt in het verslag getoetst met een cluster van 26 vergelijkbare gemeenten en met de gemeenten uit Vlaams-Brabant en Vlaanderen. De sociaaleconomische cluster groepeert gemeenten die op demografisch, economisch en sociaal gebied het dichtst aanleunen bij Lennik. Dexia Bank deed daarvoor een beroep op 150 indicatoren.
Ter informatie
Lennik telde begin 2010 8.821 inwoners. De werkloosheidgraad was in 2009 3,5 % tov 4,2 in de cluster vergelijkbare gemeenten , 5,5 % in de provincie en 6,2 % in Vlaanderen. Lennik heeft 149 km gemeentewegen, ongeveer evenveel als gemiddeld in de provincie.
Minder belastingsinkomsten ondanks hogere belastingsvoet
De gemeentelijke aanslagvoet (APB) is in Lennik in 2011: 8,5 % tegenover gemiddeld 7,31 % in de cluster, 7,22 in Vlaams-Brabant en 7,34 % in Vlaanderen. Heel merkwaardig is dat 1% APB in Lennik 433 Euro opbrengt tegen over 660 in de cluster, 702 in de provincie en 641 in Vlaanderen. Ook de opcentiemen op de onroerende voorheffing brengen in Lennik minder op dan in vele andere gemeenten. De aanslagvoet OPC ligt in Lennik op 1.125, in de cluster op 1.145, in de provincie op 1.46 en in Vlaanderen op 1.401. Honderd OPC brachten in Lennik per inwoner 19,44 euro op tegen over 20,90 in de cluster, 24,79 in de provincie en 20,92 euro in Vlaanderen.
Uitgaven
Uit de rekeningen in de gewone dienst blijkt dat de gemeente in 2010 1.287 euro per inwoner uitgaf tegenover 1.019 euro in 2006. In de cluster werd er gemiddeld 1.046 euro, in de provincie 1.194 euro en in Vlaanderen 1.160 euro per inwoner uit gegeven in de gewone dienst. Opvallende stijgingen t.o.v. 2006 worden in Lennik genoteerd voor brandweer (106 naar 175 euro per inwoner), onderwijs (van 128 naar 172), In de cluster is brandweer goed voor 27 euro per inwoner en onderwijs voor 160 euro per inwoner. In Vlaanderen wordt gemiddeld 43 euro/inwoner uit gegeven voor de brandweer en 123 voor onderwijs. De uitgaven voor de politie en justitie stegen van 67 euro per inwoner in 2006 naar 79 in 2010. Dat is wel lager dan in de cluster (80 euro), in de provincie (108) en in Vlaanderen (105).
NVDR: wat de brandweer betreft dient er opgemerkt te worden dat er in de cluster slechts één gemeente met een brandweerkorps zit. Dat is de gemeente Opwijk met een brandweerkorps dat helemaal met vrijwilligers werkt terwijl de brandweer van Lennik 12 beroepsbrandweerlui inzet. De brandweer van Lennik wordt bovendien meer en meer opgeroepen. Uit de vergelijking met de andere gemeenten in de provincie en in Vlaanderen kan besloten worden dat centrumgemeenten te weinig financiële steun krijgen uit de beschermde gemeenten.
Eddy Warrand vreest dat de brandweerhervorming weinig gaat veranderen aan de brandweerkosten. “Het is een situatie die moeilijk recht te trekken is”. Warrand geeft toe dat niet alle cijfers zo maar vergeljkbaar zijn.
OCMW
In tegenstelling tot vele andere uitgavenposten vallen de toelagen van de gemeenten aan het OCMW lager uit dan deze in andere gemeenten. In de gewone dienst besteedde Lennik in 2010 per inwoner 70 euro aan het OCMW. In de clustergemeenten werd 85 euro/inwoner uitgegeven, in de Vlaams-Brabantse gemeenten 110 euro en in Vlaanderen 108 euro/inwoner. De uitgave voor leefloners stijgt dan weer in Lennik.
Erediensten
De erediensten kostten in Lennik in 2010 20 euro per inwoner t.o.v. 8 gemiddeld in Vlaanderen. Volgens schepen Geert De Cuyper hebben deze hoge cijfers te maken met het feit dat er op enkele jaren tijd drie restauratiedossiers voor Lennikse kerken liepen. De schepen voerde samen met de kerkfabrieken een sanering van de budgetten door. Daarbij werden in Gaasbeek alle werken uitgesteld.
Personeelskosten
Nog tonen de rekeningen dat Lennik in de gewone dienst in 2010 551 euro per inwoner aan personeelskosten uit gaf. Dat is in de gemeenten van de cluster 423, in de provincie 488 en in Vlaanderen 479 euro/inwoner. Volgens gemeenteraadsvoorzitter Willy De Waele zal de personeelskost niet snel dalen omdat er op korte termijn slechts één personeelslid met pensioen gaat. “Er kan alleen bespaard worden door personeel te ontslaan en dat doet de gemeente niet graag”.
Ontvangsten
Lennik ontving op de gewone dienst in 2010 1.223 euro/inwoner. In de cluster werd 1.136 euro, in de provincie 1.240 en in het gewest 1.257/inwoner euro ontvangen.
Leningen
De buitengewone uitgaven bedroegen in lennik in 2010 546 euro per inwoner t.o.v. 1.016 in 2006, 1.508 in 2007, 1.738 in 2008, en 549 in 2009. In gemeenten van de cluster werd in de buitengewone dienst 833 euro/inwoner uit gegeven, in de provincie 1.031 euro en in het gewest 995 euro.
De schuld (leningen) op lange termijn bedraagt voor de gemeente Lennnik in 2010 1.639 euro per inwoner . In 2007 bedroeg de schuld nog 1.148 euro om in 2008 plots te stijgen naar 1.876 euro per inwoner. In de clustergemeenten bedraagt de schuld 1.329 euro/inwoner, in de provincie 1.338/inwoner en in Vlaanderen 1.122/inwoner. Lennik moet op dit ogenblik iets minder dan 1.100.000 euro aan leningen afbetalen.
Energie
Uit het verslag van Dexia Bank blijkt ook dat Lennik in 2010 34 euro per inwoner uitgaf aan energie (Elektriciteit, verwarming, brandstof voertuigen, water,..). in de clustergemeenten is dat 23 euro, in de Vlaams-Brabantse gemeenten 27 euro en in de Vlaamse gemeenten 26 euro.
Lennik betaalde in 2010 voor haar verzekeringen per inwoner 18 euro, de clustergemeenten en de gemeenten in Vlaams-Brabant de helft, en in de Vlaamse gemeenten gemiddeld 10 euro per inwoner.
Andere werkingskosten eindigen op 21 euro per inwoner t.o.v. 17, 19 en 19 euro in de andere gemeenten. Lennik besteedde 14 euro per inwoner aan informatica, en 7 aan telefoonkosten. De gemeente gaf in 2010 geen geld uit aan huren.