Dikke van Pamel, nu ook in prachtig en boeiend stripverhaal

De meest bekende ambassadeur van Pamel, Victor De Clerck, of de Dikke Van Pamel, heeft naast een standbeeld nu ook een stripverhaal op zijn naam. Er is 10 jaar aan gewerkt. Het boek wordt op donderdag 14 november voorgesteld in het Koetshuis.

In 1985 was Francis Badts één van de leden van het comité dat de legendarische herdenking van de Dikke van Pamel organiseerde. Die dorpsfiguur liet hem nooit meer los en een aantal jaar geleden besliste Francis een beeldverhaal te laten tekenen over de beroemde dorpsgenoot. Walter Evenepoel schreef het verhaal. “Francis overhaalde me ook al om een wagenspel te maken over de Dikke. Samen met Herman De Wit staken we een wagenspel in elkaar. Later brachten we samen met Hubert Biebout een musical op de planken. Francis wilde iets tastbaars over Victor achterlaten en nam het initiatief om een beeld te laten maken. Een onafhankelijke jury koos uit vele inzendingen het ontwerp van Patrick Van Craenenbroeck. Hij begreep heel goed de tragiek”, vertelt Walter Evenepoel

De eerste stappen in het ontstaan van het stripverhaal zijn 10 jaar geleden gezet. “Ik maakte de eerste schetsen en scheef de teksten. Francis vond Kathleen Gouwy of Julsdottir bereid om het stripverhaal te tekenen. Ze was illustrator voor het tijdschrift Nest. Julsdottir maakte van elke tekening een waar schilderij. Ondanks haar ziekte bleef ze moedig verder werken aan het stripverhaal. Ik leerde een boeide getalenteerde dame kennen. We gingen alle huizen, die in het boek staan samen bekijken en fotograferen. Francis kon de drukkerij Die Keure overuigen om het boek te drukken. Ook die mensen gingen zeer professioneel te werk. Het boek werd op 1.500 exemplaren gedrukt om mag zeker naast de betere strips in de boekenwinkel gelegd worden.”

Voor 75% de waarheid

“We zijn er zeker van dat het grootste deel van ons verhaal op ware feiten berust. Toen in 1985 het 100-jarig overlijden van de dikken werd herdacht, hebben we samen met Gerard Van Herrewegen, die er een wetenschappelijk werk over schreef, oudere mensen geïnterviewd, die de verhalen nog hoorden van hun ouders. Zo weten we dat de verhalen, die over hem  de ronde deden, klopten. We baseerden ons boek op die verhalen en voegden er hier en daar een folieke, waar we niet zeker van zijn, aan toe. Maar dat zijn anekdotes die zo goed  passen in de geest van het boek dat we ze er bij hebben gezet.

Boottrekkers

Eén van de verhalen gaat over kinderen, die op zijn immense buik mochten spelen terwijl hij op het denderwater dreef. “De Dender was zijn dikke kameraad. Door zijn  zwaarlijvigheid had hij last van ontstekingen en het toen nog zuivere water van de Dender had daar een helende uitwerking op. “Hij liet zich in het water zakken en kinderen mochten op zijn buik zitten. Er zijn geen foto’s van maar het verhaal werd  in de omliggende dorpen verder verteld door boottrekkers. Dat waren dikwijls mensen uit Denderleeuw die boten, geladen met kasseistenen, trokken van Lessen naar Aalst. Toen ze Pamel naderden, zagen ze in de verte, in het water een kolos liggen.”

Kostschool

Die anekdotes zijn ook terug gevonden in geschriften van een eliteschool voor meisjes uit Ledeberg. Ze zagen de dikke toen ze op zondag naar de Pamelse kerk wandelden, die toen nog aan de Dender stond. De meisjes kwamen dikwijls uit het buitenland en zo werd het verhaal van die zware jongen ook verteld in grootsteden als Londen en Parijs. Dat lokte buitenlandse circusdirecteurs naar Pamel, die de dikke pakken geld boden om hem als publiekstrekker te kunnen tentoonstellen. Maar dat zinde de Pamelse jonkman niet.

“Zo zocht een Fransman de Dikke op in zijn stamcafé De Stekvogel waar hij elke zondag tussen de dorpelingen zat. De fotograaf wilde absoluut de dorpsfiguur vast leggen op de gevoelige plaat. Dat was in het beginjaren van de fotografie niet zo gemakkelijk. De Fransman bood de Dikke een gouden horloge aan maar hij weigerde en wilde gerust gelaten worden. De cafébaas zwichtte wel voor het goud en goot water in de kachel om zijn dorpsgenoot te doen opschrikken maar ook dat opzet mislukte want een foto maakte je toen niet zomaar met een druk op het knopje. Maar voor Victor was de maat vol”, vertelt Walter Evenepoel.

Scheve toren

Ook in de Pamelse kerk was Victor niet meer op zijn gemakt. Het aantal kerkgangers steeg zienderogen maar ze kwamen niet om het luisterrijke sermoen van de pastoor maar wel om een blik te werpen op die zware jongen die intussen drie stoelen nodig had om de mis te kunnen bijwonen. Maar plots klonk er een hevig gekraak waardoor iedereen dacht dat de scheefgezakte kerktoren ingestort was. Toen de pastoor zag dat in werkelijkheid de drie kerkstoelen het begeven hadden, probeerde hij tevergeefs de kosten op zijn parochiaan te verhalen.

Profiteurs

In die tijden heerste er armoede in Vlaanderen maar dat gold niet voor Victor die uit een welstellende landbouwfamilie stamde. Sommigen probeerde van hem te profiteren. Een nicht uit Pollare verschafte hem onderdak  maar zij liet zich door een circusuitbater zo ver brengen dat ze Victor mee lokte op de trein naar Gent, onder het mom een arts te bezoeken voor zijn hartziekte. Via het station van Okegem kwamen ze in Gent terecht waar hem  onmiddellijk de affiches opvielen, die een spektakel met een dikke man aankondigden. Victor werd zo boos dat hij op de eerste beste trein stapte en in Denderleeuw strandde. Daar bleef hij wekenlang in een café. De baas was zijn onverwachte komst niet ongelegen want zijn cliënteel steeg zienderogen. Na een tijdje gaf de waard een kleermaker de opdracht om een jas en een broek te maken voor zijn gast. Toen de kleermaker zijn ongewone opdracht wilde laten passen werd het Victor weer te veel en hij kuiste zijn schup af. De kleren bleven nog een tijd een attractie in het café tot een bombardement tijdens de eerste wereldoorlog de buurt met de grond gelijk maakt.

Zwanger

Een ander nichtje had nobeler bedoelingen met haar neef. Mieke was zwanger geraakt van een vriend maar haar familie wilde de jonge vader niet aanvaarden en zette ook het nichtje aan de deur. Ze vroeg of ze met haar Sus bij Victor in zijn huis in Pamel mochten intrekken, wat hij met zijn gouden hart toestond.

Wagenmaker Sus had op een expositie in Parijs een vélocipède zien staan en nam er stiekem de maten van. Hij timmerde daarop een houten fiets waarvan een tweede versie zelfs nog bestaat.

Legerdienst

Victor werd geloot en moest naar de keuring van het leger in Brussel. Omdat hij niet in de wagons voor personenvervoer geraakte zou hij in een post- of goederenwagon naar de hoofdstad gebracht zijn. Toen hij daar uitstapte trok hij natuurlijk ook de aandacht van de stedelingen, nog meer omdat hij goedgeluimd voor hen een dansje maakte. Zoals te verwachten was, werd Victor afgekeurd wegens zwaar overgewicht. Maar hoeveel woog den Dikken nu eigenlijk?

 Bladveren

Velen waren nieuwsgierig naar het gewicht, maar hem wegen was niet zo eenvoudig. Sus vond er een oplossing voor. Hij nam Victor mee in zijn koetsje, dat was uitgerust met bladveren en markeerde tot waar die vering doorboog. Daarna vulde hij zijn kar met stenen om zo het gewicht te weten. Dat was toen 375 kilogram. Ook in notities van de toenmalige pastoor werd het gewicht vermeld.

Boekvoorstelling

Op donderdag 14 november 2019 om 20 uur wordt het beeldverhaal ‘De Dikke van Pamel’, voorgesteld in GC Het Koetshuis – Schouwburg in Strijtem.

Volkskundige en professor Stefaan Tiop komt vertellen over de Dikke van Pamel maar ook over andere merkwaardige dorpsfiguren. Arjaun brengt enkele liekes die ze maakten over de Dikke. Er is ook een projectie over de Dikke en het ontstaan van het boek.

De organisatie is in handen van Erfgoedcel Rausa vzw. De ingang is gratis maar er moet wel gereserveerd worden: Tel: 054-894.900.

Het boek kost tot 14 november  2019  20 € en later 25 €.

 


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?