VLAAMS-BRABANT – Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Evelyne Huytebroeck, Brussels minister van Leefmilieu, en Carlo di Antonio, Waals minister van Natuur en Bos, hebben vandaag een overlegmodel over het Zoniënwoud ondertekend. Dat kadert in de structuurvisie Zoniënwoud en legt concreet vast hoe de drie gewesten het Zoniënwoud over de grenzen heen gaan versterken. Het doel: een robuust en natuurlijk bos, waar het heerlijk toeven is.
Het Zoniënwoud is een indrukwekkend en eeuwenoud woud aan de rand van de hoofdstad, met een verbazingwekkend rijke fauna en flora. Het woud is opgenomen in Natura 2000, een netwerk van beschermde gebieden in de Europese Unie. Natura 2000 focust op het behoud én het herstel van de biodiversiteit in heel Europa. Het Zoniënwoud heeft bovendien een uitzonderlijke historische waarde. De bescherming van dit unieke natuurpatrimonium ligt in vele handen. Het Zoniënwoud strekt zich immers uit over het grondgebied van het Vlaamse, Waalse en Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Er is dan ook nood aan een gecoördineerde interregionale visie over de toekomst van het woud.
Wat ging vooraf?
In november 2008 ondertekenden de drie bevoegde ministers een intentieverklaring over de structuurvisie voor het Zoniënwoud. Die bakent de krijtlijnen voor de toekomst van het woud af. Het Vlaamse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waalse Gewest engageerden zich om verregaand samen te werken aan het behoud en de versterking van het Zoniënwoud. Via dat partnerschap willen de drie gewesten niet alleen de natuur robuuster maken, maar bezoekers ook een duurzaam recreatief netwerk aanbieden, dat het woud respecteert, maar tegelijk ook opwaardeert.
De neuzen in dezelfde richting
De structuurvisie is een vertrekpunt. Voor de verdere ontwikkeling en het beheer van het Zoniënwoud zijn nog verschillende projecten nodig. Om de opvolging van alle plannen en projecten in de komende jaren te verzekeren, hebben de drie gewesten nu een overlegmodel uitgewerkt. Dat bevat concrete afspraken over de timing en de frequentie van overlegvergaderingen met alle betrokken actoren. De structuurvisie kwam tot stand in samenspraak met tal van betrokkenen, gaande van politiek verantwoordelijken over bosgebruikers, vrijwilligers en omwonenden. Die participatieve aanpak werd ook ingebed in het overlegmodel.
“Een robuust Zoniënwoud, waar Europees uitzonderlijke natuur en erfgoed beschermd wordt én waar mensen op adem kunnen komen: dat is waar we samen aan werken”, zo klinkt het eensluidend bij de drie ministers.