PEPINGEN – Naar aanleiding van de Internationale Dag tegen Homofobie en Transfobie op 17 mei wordt de regenboogvlag, het symbool van de holebi’s en transgenders, gehesen aan het gemeentehuis van Pepingen. Daarnaast zal de gemeente Pepingen maatregelen nemen om een positief lokaal regenboogbeleid te voeren.
30 gemeenten in Vlaams-Brabant zullen vandaag de regenboogvlag hijsen, of deelnemen aan een ander initiatief naar aanleiding van de Dag tegen Homofobie en Transfobie. Onder andere Asse, Galmaarden, Gooik, Halle, Herne en Sint-Pieters-Leeuw hebben aan de provincie laten weten het initiatief te steunen.
De gemeente Pepingen lanceert nog enkele andere maatregelen om een zichtbaarder holebibeleid te voeren. Zo zal het gratis telefoonnummer 0800 99 533, het nummer van de holebifoon, opgenomen worden in de gemeentelijke informatiekanalen zoals de site en het informatieblad. Ook de gemeentelijke bibliotheek zal haar aanbod uitbreiden met informatieve publicaties over holebiseksualiteit en ook het holebi- en transgendermagazine ZiZo zal opgenomen worden in het aanbod.
Volgens schepen Peter Lacres is dit een eerste stap om het taboe rond holebi’s in een plattelandsgemeente zoals Pepingen te doorbreken. “De eerste stap is de burgers te informeren en de drempel om geweld tegenover holebi’s aan te geven moet ook omlaag. We zullen dan ook via de gemeentelijke infokanalen de contactgegevens van discriminatiemeldpunten publiceren. Later willen we ook specifiek rond dit thema gaan werken in de adviesraden en andere verenigingen zoals sportverenigingen.”
Martine Debeuf: “Ik vind het super dat een kleine gemeente zoals Pepingen hieraan wil meewerken!”
Martine Debeuf van het Holebihuis Vlaams-Brabant is alvast heel tevreden dat kleine gemeenten zoals Pepingen mee op de kar springen. “Het is heel belangrijk dat de kleine gemeenten ook meewerken aan een positief holebibeleid. Samen met de provincie organiseren wij ook heel wat informatieavonden hier in de streek. Maar we zetten ook in op de vorming van politie en gemeenteambtenaren omdat we merken dat deze mensen vaak niet weten hoe ze moeten omgaan met slachtoffers van homofoob geweld.”