Nieuwe wiskundige methode maakt van Lennik de oudste Romeinse stad in België.

 Het is geweten dat Lennik een lange geschiedenis heeft. Zo verkreeg Lennik al vroeger dan de steden  Brussel en Leuven een marktrecht. Lennik heeft ook een Romeinse voorgeschiedenis die nu belangrijker blijkt dan gedacht. De oudste vermelding ‘Liniacum’ is van 877 door Karel De Kale. Deze naam doet al iets Romeins vermoeden, alsook een aantal opgravingen van munten en potscherven.

De Lennikse ingenieur Ronald Van Ham heeft een nieuwe methode ontwikkeld om Romeinse stadsplannen te reconstrueren. Deze VUB-professor is geen geschiedkundige maar ingenieur, vandaar de andere aanpak die hij gevolgd heeft. Hij is ook gekend van het tv programma Team Scheire en de Techniekschuur Lennik.

Maar wat brengt er een man, die vanuit Berlaar bij Lier, in 2004 in Lennik kwam wonen, zover om zich te verdiepen in de Romeinse geschiedenis van zijn woonplaats? “Ik wilde weten hoe oud ons huis wel was. Ik bezocht de notaris en het archief in Leuven en bestudeerde kaarten en boeken. Zo kwam ik te weten dat het huis al in 1570 bestond en toen wellicht al door twee generaties was bewoond. Het is misschien één van de oudste huizen van Lennik. Een zinnetje uit één van de geraadpleegde boeken van Jan Verbesselt bleef me bij en dat ging over maten. Er bestonden in Lennik twee velden met dezelfde oppervlakte”, vertelt Ronald. “De oppervlaktes klopten niet volgens de middeleeuwse maten. Het  wees op een Romeins stadsplan. Ik ging één en ander nameten en kwam tot merkwaardige vaststellingen."

Ronald ontdekte dat Lennik in de Romeinse tijd uitgetekend is als belangrijke stad. Dat andere steden Lennik achter zich lieten heeft te maken met het ontbreken van een bevaarbare waterloop. “Door stukken grond met een vaste oppervlakte van één romeinse Centuria of 50.5hectare te zoeken met bestaande (veld)wegen, perceelsgrenzen en waterlopen als grens, kon ik de originele wegenkaart van de Romeinen terugvinden. Door deze bevindingen naast de geschreven bronnen te leggen kon ik Lennik dateren tot in 47 voor Christus.”

Voor Romeinse veteranen

Ronald ging aan het werk met een nieuwe methode waarbij gezocht wordt in het huidige stratenplan naar de Romeinse oppervlakte van 1 centuria (50,5 hectare) en kreeg zo zicht op het ontstaan van Lennik. “Deze oppervlakte werd 2000 jaar geleden door landbouwkundigen gezien als de ideale oppervlakte voor een latifundium, een soort grote Romeinse boerderij.”

Julius Caesar besliste in 47v.Chr om 15.000 veteraren een stuk grond te geven in het net veroverde Gallië. “Ik merkte dat Lennik op te delen is in 56 aaneensluitende stukken van deze oppervlakte van 1 centuria. De grenzen van deze stukken grond zijn nog steeds terug te vinden in de huidige (voet-)wegen en waterlopen. Op de meeste van deze stukken grond is de oorspronkelijke villa rustica (centrale Romeinse boerderij) nog terug te vinden, op oude kaarten of in nog bestaande grote boerderijen. Vele hoeves staan op Romeinse grondvesten. Zo zou de hoeve Bree Eik van Romeinse oorsprong kunnen zijn. Daarnaast heeft Lennik een historisch centrum dat 4 van deze eenheden groot is. Het toenmalige Lineacum was zelfs groter dan de huidige fusiegemeente Lennik, omdat er ook buiten de grenzen veel aaneensluitende stukken van deze oppervlakte worden terug gevonden.”

 ‘Quinten’ - Lineacum

“Het is ook opvallend dat deze stukken enkel in de deelgemeente Sint-Kwintens-Lennik op te delen zijn in 1/5 delen, in het latijn ‘Quinten’. Onderzoek van Commentarii De Bello Gallico leidt naar Quintus Cicero, de broer van de beroemde redenaar en één van beste legati (generaals) van Julius Caesar. Zijn briefwisseling bleef goed bewaard. Quintus Cicero had in 54-53v.Chr. een winterkamp centraal in het gebied van de Nerviërs, niet zo ver van het huidige Lennik. Heel waarschijnlijk heeft Julius Caesar hem de opdracht gegeven land te verdelen in de streek die hij kende. Quintus Cicero kan dus als stichter van Lineacum gezien worden.”

“Het centrum is technisch mooi uitgewerkt met 12 wegen die allemaal in het geografisch middelpunt samenkomen op het Forum, dat veel groter was dan de huidige Markt. Enkele van deze wegen zijn verdwenen, maar nog wel terug te vinden in perceelsgrenzen. Grotendeels is het typische castrum model (2 snijdende hoofdwegen met centraal het forum) dat door de Romeinen gebruikt werd om nieuwe steden te plannen nog te zien in het huidige stratenplan.”

Lijnen

Van waar komt nu de Romeinse naam Lineacum? Betekent het ‘Domein van Linius’? Volgens Ronald zou die benaming wel eens iets te maken kunnen hebben met de vele lijnen die op de Romeinse kaart uitgetekend werden.

Gooik

Ronald keek ook over de Lennikse gemeentegrenzen en vond onder meer in Gooik en Lombeek veel aaneensluitende stukken van deze oppervlakte maar hij stelde vast dat daar de 1/5-indeling niet terug te vinden is. Dat zou er op wijzen dat Lennik het oudste dorp is en dat die indeling, na toepassing in Lennik, weg viel.

Standbeeld

Volgens Ronald zou er in Lineacum een borstbeeld van Quintus Cicero gestaan hebben. “Het zou dus fijn zijn mocht de gemeente daar ook weer werk van maken”, besluit Ronald die alvast zijn 3D-printer aan het werk zette om een kleinere versie van het borstbeeld te maken.

Boek

Ronald schreef een boekje over zijn opzoekingswerk waar hij gedurende een jaar, dikwijls tot stukken in de nacht, aan werkte. Dat is te koop op de Techniekschuur .


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?