De doedelzak heeft zijn laatste liedje nog niet gespeeld

GOOIK - Voor het Vier programma ‘Hallelujaaah’ zijn de makers op zoek naar minstens 50 doedelzakspelers. Muzikant Herman De Wit denkt dat de makers van het programma deze gemakkelijk zullen vinden

Rosita & Herman speelt sinds 1968 samen met Rosita volksmuziek met t'Kliekse en gaf met deze 4 mansformatie honderden concerten.

Herman maakte verschillende muziekprogramma's voor schoolradio en tv. Hij leidt ook het instrumentenbouwatelier in Gooik waar hij tevens organisator van de stages voor traditionele muziek is.

“Drie jaar geleden speelden wij samen met 137 collega doedelzakspelers op Nekkanacht”, zegt Herman De Wit. “Het instrument zit absoluut in de lift. Momenteel zijn er een twintigtal officiële scholen in het Deeltijds Kunst Onderwijs waar men het kan leren. Maar aan het Lemmensinstituut kun je ook je masterdiploma in het doedelzakspelen behalen. Opvallend is dat steeds meer jonge meisjes het instrument bespelen. Van waar die evolutie? ‘Ik heb geen idee. Maar het valt wel op. Een modeverschijnsel, zeker.”

Nochtans is er geen plekje in een orkest waar doedelzakspelers hun kunsten kunnen tonen. "Er is alleen muziek geschreven voor barokke orkesten, maar die bestaan bij ons niet. Oorspronkelijk werd de doedelzak in onze contreien bespeeld door herders. Toen noemde men dat de moezelzak. Op schilderijen waar herders de kerststal bezoeken, staan ze altijd afgebeeld met zo een moezelzak. ‘Jezuke zong, de moezel klonk’ verwijst daarnaar."

Tot twee jaar geleden bouwde Herman De Wit doedelzakken. “Opvolging zie ik niet meteen. Jonge mensen wagen er zich niet aan. Het is immers handwerk en handwerk is onbetaalbaar. Je kunt er met andere woorden je boterham niet mee verdienen. Voor een doedelzak betaal je tussen de 500 en 1.500 euro. Maar zo een instrument gaat wel 200 jaar mee.”


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?