LENNIK - Een vijftigtal vrijwilligers van de Lennikse brandweer heeft voor de aanvang van de gemeenteraad actie gevoerd tegen de besparingen die op de brandweer worden doorgevoerd. Ze lieten voetzoekers ontploffen en lieten sirenes loeien. Alle leden van de gemeenteraad kregen een pamflet met de grieven van de vrijwilligers.
Het gemeentebestuur bespaart 21 procent op het brandweerbudget. De vrijwilligers zijn onder meer bang dat door de besparingen er onvoldoende opleiding overblijft waardoor de brandweerlui niet meer voldoende voorbereid zijn voor hun opdracht.
Door het inzetten van meer beroeps zullen er ook minder inzetmogelijkheden voor de vrijwilligers zijn. Er zullen ook minder manschappen ter beschikking zijn waardoor slachtoffers, zoals bij de watersnood, veel langer op hulp zullen moeten wachten.
Ook de aankoop van een nieuwe ziekenwagen is geschrapt. De ziekenwagen die nu als eerste vertrekt heeft al meer dan 200.000 km op de teller. De tweede ziekenwagen is een tweedehandse van BW Brussel, de derde is 12 jaar oud en werd door de keuring afgekeurd.
De vrijwilligers vatten hun eisen samen als volgt:
- Geen besparingen ten koste van de opleidingen
- Vrijmaken van het nodige budget voor een nieuwe ziekenwagen
- Herziening van de interne organisatie waardoor een meer uren kunnen ingevuld worden door de vrijwilligers, waardoor die opnieuw een volwaardige plaats krijgen.
Op de gemeenteraad werd er met geen woord gerept over de actie van de brandweerlui. Blijkbaar waren ze er op het gemeentehuis niet gerust in want de deur werd pas na aanbellen geopend.
Audio
Het pamflet dat de vrijwilligers uit deelden:
De inrichtende macht legt ons besparingen op dewelke wij, leden van de vrijwillige Brandweer van Lennik, in eer en geweten niet kunnen aanvaarden.
Sterker nog, wij stellen ons vragen bij de effectiviteit van de brandweer bij het uitoefenen van zijn primaire taak, zijnde hulp bieden aan de bevolking, ten gevolge van deze besparingen.
Er wordt bespaard, maar liefst met 21% ten opzichte van andere jaren. Maar er wordt niet stilgestaan bij de gevolgen. Erger nog, de bevolking wordt hiervan zelfs niet op de hoogte gebracht.
Een greep uit mogelijke toekomstige scenario's.
Bij de start van een interventie is het mogelijk dat niet het maximum van de middelen onmiddellijk kan worden ingezet. Dit heeft naast een rechtstreeks gevolg voor de getroffen burger, ook een aanzienlijke weerslag op de veiligheid van de ingezette brandweermannen.
Bij interventie kan mogelijks een andere dienst, bijvoorbeeld de ziekenwagendienst, niet meer verzekerd worden. Alweer een pijnlijk gevolg voor de burger, die langer zal moeten wachten op de ziekenwagen.
Bij veelvuldige interventies op kortere termijn, denken we maar aan de wateroverlast van verleden jaar, zal minder volk gelijktijdig kunnen bediend worden, waardoor heel wat burgers langer zullen moeten wachten alvorens geholpen te worden. Het is duidelijk dat de schade hierdoor alleen maar toeneemt.
Naast de personeelsbesparingen, wordt ook het opleidingsbudget aanzienlijk teruggeschroefd.
Iedereen weet dat de paraatheid van de brandweer cruciaal is en dat continue scholing en bijscholing binnen de brandweer deze paraatheid alleen maar ten goede komt. Scholing en oefening zijn essentieel voor het professioneel en adequaat afhandelen van om het even welk rampscenario, hoe klein of hoe groot zo'n scenario wel is. Het verhoogt niet alleen de kwaliteit van de geleverde diensten, het is ook één van de pijlers van de veiligheid van de brandweerman zelf.
Ook de aanschaf van een nieuwe ziekenwagen werd uit het budget geschrapt. De huidige ziekenwagen die klaarstaat voor eerste vertrek heeft vandaag meer dan 200.000 kilometer op de teller staan. De tweede ziekenwagen, die een tweede leven krijgt in Lennik, is een erfenis van het brandweerkorps uit Brussel. De derde ziekenwagen is 12 jaar oud en is recent afgekeurd door de technische keuring. Deze ziekenwagen was voorzien voor de voorpost in Tollembeek.
Het succes van elke interventie is gebaseerd op een aantal fundamentele zaken, waarvan betrouwbaarheid van het materiaal en opleiding van de brandweerman maar enkele voorbeelden zijn.
Door de wijzigingen in de interne organisatie voor de beroepsbrandweermannen wordt de rol van de vrijwilliger, die al jaar en dag de brandweer binnen Lennik draagt, herleid naar een tweederangsrol. We herhalen graag dat de vrijwilligers diegenen zijn die naast hun dagdagelijkse job nog motivatie vinden om zich, dag en nacht, in te zetten voor de brandweer en dus voor de veiligheid van de burger.
Voor de herorganisatie had de de vrijwilliger een volwaardige plaats binnen de brandweerorganisatie. Nu slinkt het aantal uren dat ingevuld moet worden door de vrijwilliger drastisch waardoor de rol van de vrijwilliger is verschoven naar een rol van 'gaatjesvuller' in het uurrooster van de beroepsbrandweermannen. Dit gegeven en wetende dat er geen budgetten voorzien zijn voor opleiding is nefast voor de motivatie van de vrijwilliger.
Al deze besparingen vinden wij een aanslag op ons beroep. Men vergeet duidelijk dat de brandweer nog altijd een risicovol beroep is. Getuige hiervan zijn de zeven collega's die dit jaar bij het uitvoeren van hun beroep het leven lieten.
Onze vragen zijn daarom ook heel duidelijk :
* Geen besparingen ten koste van de opleidingen.
* Vrijmaken van het nodige budget voor een nieuwe ziekenwagen
* Herziening van de interne organisatie waardoor er meer uren kunnen ingevuld worden door de vrijwilliger, waardoor die opnieuw een volwaardige plaats krijgt. Wat de voorpost van Tollembeek betreft, hier wordt door vele betrokkken partijen hard aan gewerkt. Wij willen de post al zijn kansen geven om tijdig open te gaan en wij kijken met argusogen toe. De openingsdatum van 1 februari is cruciaal. Het bericht dat er te weinig vrijwilligers zijn om de post te openen is totaal uit de lucht gegrepen.