In het Consultatiepunt Covid-19 in Lennik verlopen de consultaties vlot. Sinds de opstart zijn er 374 patiënten onderzocht, waarvan 39 doorverwezen werden naar het ziekenhuis. Het vlotte verloop komt doordat de mensen de regels strikt opvolgen en ook omdat het plan errond goed werd opgesteld. Maar ook de vrijwilligers die er elke dag een handje toesteken hebben hier een aandeel in.
Om de huisartsen en de spoeddiensten te ontlasten, en ook om de verspreiding van het virus te beperken, werden er in het begin van de coronacrisis regionale triagepunten opgericht. Één ervan is dat in Lennik. Zij hebben nu een evaluatie vrijgegeven, die ook aantoont dat hun vooropgesteld plan werkt. “Een dikke chapeau aan de huisartsen en de gemeenten voor de manier waarop ze dit aanpakken”, vindt Maarten Van Houdenhove. Hij is één van de vrijwilligers die alles mee in goede banen probeert te leiden.
Van Houdenhove werkt in het gewone leven bij DATS 24, maar elke woensdagnamiddag en één zondagvoormiddag op twee helpt hij in het Consultatiepunt. “Ik wou mijn steentje bijdragen en dit kon ik in mijn schema verwerken. Ik heb in een vorig leven nog in de zorg gewerkt en dit initiatief wil ik heel graag ondersteunen”, legt hij zijn motivatie uit. Tijdens zijn drie uur durende shift zorgt hij ervoor dat patiënten begeleid worden bij het binnenkomen. Vooral de administratie van de aanmeldingen komen bij vrijwilligers, zoals hij, terecht.
Geen angst
De medewerkers van het Consultatiepunt komen bij elke shift in contact met mogelijk besmette personen. Maar angst heeft Van Houdenhove er niet voor. “Bij het binnenkomen, ontsmetten we eerst onze handen. Waarna we een wit pak krijgen, handschoenen, een masker en een face shield. Daarnaast respecteren we natuurlijk altijd de regels rond social distancing”, legt hij de werking uit.
Het materiaal dat gebruikt wordt door de vrijwilligers en de artsen, wordt bij elke shift ontsmet. Dit doet de brandweer, die tevens ook dagelijks het gebouw openen en afsluiten.
Maar alhoewel Van Houdenhove zich belangeloos inzet voor de maatschappij, ziet hij andere mensen als belangrijkste pion. “Mijn vrouw werkt in een woonzorgcentrum en als ik zie wat zij allemaal doen, dan kan ik enkel zeggen dat zij behoren tot de echte helden van dit moment.”