Plan Boommarter en vleermuizenwerkgroep Myotis hebben de handen in elkaar geslagen om een nieuwe winterverblijfplaats voor vleermuizen te bouwen in het Maasdalbos. "Door de goede ligging en omdat temperatuur, donkerte en vochtigheid er constant zijn, verwachten we dat deze voormalige waterput een trekpleister voor vleermuizen uit de regio wordt", aldus de initiatiefnemers. Een mooie extra om de titel van 'Halle Vleermuisvriendelijke Stad' kracht bij te zetten.
Het 14 hectare grote Maasdalbos, gelegen tussen Essenbeek en Lembeek, werd in 2009 erkend als natuurreservaat. Het bos werd in 1906 aangekocht door de stad Halle en ingericht als waterwinningsgebied. "Van een bos was toen geen sprake meer, eerder een open terrein met heide, gras, struiken en bomen die Maesheyde werd genoemd", vertelt burgemeester Marc Snoeck. "Betonnen ringen in de grond met een deksel - de sporen van de waterwinning - zijn tot vandaag zichtbaar. Eén van deze toegangsputten krijgt nu een nieuwe bestemming." En die nieuwebestemming is een winterverblijfplaats voor vleermuizen. (lees verder onder foto)
De nieuwe winterverblijfplaats
Vleermuizen zijn in het algemeen kieskeurig in de keuze van een verblijfplaats. Ze kiezen de beste verblijfplaats die voorhanden is en letten daarbij onder andere op het binnenklimaat van het verblijfen de ligging ten opzichte van interessante jachtgebieden. Plan Boommarter wil vleermuizen een ideale winterverblijfplaats aanbieden en bouwde daarom een verlaten waterput in het Maasdalbos om tot een grotachtig verblijf. Om de oude, ondergrondse waterput geschikt te maken voor vleermuizen, werd de constructie aangepast. Zo blijft er permanent een laag water in de put staan om de luchtvochtigheid hoog te houden. Om tocht te vermijden, werd een slakkenhuisvormigegang met enkele tussendeuren boven de putingang gebouwd. De ingang kreeg een stevige poort meteen invliegopening en het geheel werd afgedekt met een laag grond. Zo wordt de temperatuur nogbeter gebufferd en zal de constructie op termijn opgaan in het bos. Met de aangepaste constructie kunnen de vleermuizen hun lange winterslaap goed doorkomen.(lees verder onder foto)
Natuurpunt, sinds 2006 de beheerder van het Maasdalbos, ziet in het project een grote meerwaarde:"Door goed natuurbeheer, openstelling voor wandelaars en uitbreiding van het reservaat proberenwe de waarde van het gebied voor mens en biodiversiteit op te krikken. Een vleermuisverblijfplaats past hier perfect in", legt Bert Ghysels van Natuurpunt Halle uit.
Andere verblijfplaatsen in de regio
Vleermuizen overwinteren in gebouwen, bunkers, ijskelders, groeven en boomholtes. "De verbouwing van een plaats tot winterverblijfplaats voor vleermuizen is geen unicum. Denk maar aande ijskelders in het Malakoffdomein en het Kasteelpark Lembeek. ln de zomerverkiezen vleermuizenzolders, woningen en oude bomen. Vleermuizen zijn trouwens een goede indicator van de natuur inonze omgeving. Deze mysterieuze en zachtaardige diertjes oriënteren zich tijdens hun nachtelijke zoektochten naar voedsel namelijk op bomenrijen en heggen in het landschap", licht Koen De Rijck,coördinator van Plan Boommarter, toe. (lees verder onder foto)
Onderzoek naar vleermuizen in het Maasdalbos
Bij een inventarisatie met speciale detectoren (batdetectoren)werden afgelopen zomer negenverschillende soorten vleermuizen waargenomen in het Maasdalbos. "We verwachten nu datsoorten zoals Baardvleermuis, Franjestaart, Watervleermuis en Gewone grootoorvleermuis in dewinter hier hun plaats zullen vinden", vertelt Christine Goessens van Vleermuizenwerkgroep Myotis
Vleermuizen in gevaar
De meeste soorten vleermuizen in ons land zijn bedreigd. Deze zachtaardige dieren zijn echter enorm nuttig. We hebben ze hard nodig in de strijd tegen ziektes en plagen en voor de bestuiving vanplanten en bomen. Deze insecteneters zijn dus zeker niet gevaarlijk, integendeel, ze zijn in gevaar. Daarenboven denken sommigen nu ten onrechte dat ze COVID-19 kunnen oplopen via de vleermuizen in hun buurt.
*Het gezamenlijk initiatief van Vleermuizenwerkgroep Myotís, Natuurpunt Halle en RegionaalLandschap Pajottenland & Zennevallei kreeg de financiële steun van de provincie Vlaams-Brabant en de stad Halle.
(Foto's : Jan Demol)