REGIO – De veiligheidsdiensten van het openbaar vervoer merken dat weinigen weten dat hun controleurs het recht hebben de identiteit van reizigers. Dat leidt dikwijls tot discussies.
Het takenpakket van de veiligheidsdiensten bij het openbaar vervoer spitst zich toe op de veiligheid en het veiligheidsgevoel van de klanten en het personeel. De wetgever voegde daar precies een jaar geleden enkele bevoegdheden aan toe. De meest ingrijpende verandering was dat identificatie ten opzichte van het veiligheidspersoneel van de openbaar vervoermaatschappij verplicht werd. Dat aspect is echter weinig bekend, met alle risico’s voor discussies of ongewilde gevolgen.
Verplicht
De beëdigde veiligheidsmedewerkers van de openbaar vervoermaatschappijen komen dagelijks tussen om pv op te stellen tegen een reiziger zonder geldig ticket. Bij de spoorwegen is dat het geval voor het Securail-personeel wanneer een reiziger weigert om zich in regel te stellen bij de treinbegeleider. Zwartrijden op het openbaar vervoer is een wanbedrijf volgens het strafwetboek. Sinds een jaar is een reiziger bovendien verplicht om zijn identiteit bekend te maken als het veiligheidspersoneel er om vraagt. Bij weigering, wat op zich ook strafbaar is, wordt de persoon vastgehouden tot de komst van politie.
Meer weigeringen
Sinds de nieuwe wet, geschreven in overleg met de openbaar vervoermaatschappijen, in voege trad, wordt een duidelijke stijging van het aantal “vattingen” opgetekend voor weigering om zich te identificeren. Bij de spoorweggroep gaat het om meer dan een verdrievoudiging.
Verveeld
Vele reizigers blijken niet te weten dat ze wettelijk verplicht zijn om zich bekend te maken bij het veiligheidspersoneel als dat hierom vraagt. De agenten zitten zelf verveeld met die situatie, want op zich kan dit leiden tot nodeloze discussies en meer. Een gerechtelijke veroordeling voor smaad of weerspannigheid loert dan om de hoek. Nochtans legt iedere medewerker van de veiligheidsdiensten zich veel liever toe op zijn kerntaak: de veiligheid van de klant en het personeel.
Later dit jaar volgt een globale evaluatie van de nieuwe wetgeving.