Van opera tot de Beatles: Ivo Van Strijtem stelt zijn eerste essay voor

Donderdagavond stelt Ivo Van Strijtem zijn eerste essay, Iedereen dichter, voor in Huis Vossen. Een verlengstuk van zijn lezingen, noemt hij het zelf. Met zijn boek wilt hij mensen overtuigen dat kunst, met poëzie in het bijzonder, niet enkel voor een select clubje is. “Iedereen wordt als dichter geboren, maar naarmate we ouder worden, ontdichten we.” Zelfs als hij normaal spreekt in de zetel bij hem thuis, klinkt Ivo één en al poëtisch.

Ivo van Strijtem heeft al verscheidene, succesvolle gedichtenbundels uitgebracht. Met De liefde, jazeker als absolute topper. Hij is succesvol zowel in België als in Nederland. Wist u trouwens dat er een gedicht van hem, Regen, aan een muur uithangt in Den Haag? Of dat hij zelfs gedichten uit het Zweeds vertaalt? Ivo is zoveel meer dan enkel poëzie. Nu pas schreef hij zijn eerste essay. Een idee dat al langer in zijn hoofd omgaat. “Het hoeft niet altijd enkel over poëzie te gaan. De kunst in het algemeen is mooi.”

Waarover gaat uw essay?

“Het gaat over de zin van kunst in het algemeen, maar met poëzie in het bijzonder. Ik twijfelde om het uit te brengen, maar besefte toen dat poëzie een duwtje in de rug nodig heeft. Het klinkt niet sexy. Je vindt nog maar weinig bundels in de boekhandel meer. Daarom ben ik zo veelzijdig in mijn boek en heb ik het over verschillende kunstvormen. Van opera tot de Beatles. Allemaal komen ze aan bod, om zo de scheidingsmuren tussen kunst te beslechten. Want ze stimuleren elkaar.”

Hebt u een bepaald doel met uw essay?

“Ik wil veel meer mensen overtuigen om toch maar naar poëzie te grijpen. Ze gaan ervan uit dat poëzie niets voor hen is, maar dat is niet zo. Iedereen is als dichter geboren, maar naarmate we ouder worden, ontdichten we. We leren het af. We zijn niet meer verwonderd en kijken enkel nog rechtdoor. Dat komt omdat we meer en meer gefocust zijn op tijd, en minder op genieten, op het kunstzinnige. Het leven wordt een routine. Poëzie helpt om deze routine te onderbreken en terug verwonderd of benieuwd te zijn.”

Wat is er anders aan dan aan uw vorige werken?

“Ik ben een verteller, het is geen opsomming van gedichten. De toon van een boek ligt altijd anders dan die van een bundel. Ik wil de mensen aanspreken om verder te lezen en niet meteen afstoten bij het lezen van de eerste zin. Ik gebruik daarom ook veel citaten uit andere werken. Anders zijn ook de verschillende kunstvormen die aan bod komen. Maar niet elke kunstvorm, omdat ik er dan te weinig kennis van heb. Bijvoorbeeld over mode. Wat niet wilt zeggen dat ik ze minder belangrijk vind."

Waarom vind u dat poëzie als nutteloos wordt ervaren?

“Dat is altijd al zo geweest in de literatuur in het algemeen. Je kan er buiten lezen verder niets mee doen. Het neemt tijd in beslag en je bankrekening wordt er niet groter van. We leven in een liberale wereld waar alles meteen zijn nut moet hebben. Wat maakt dat er geen plaats is voor poëzie. De politiek kent datzelfde probleem. Mensen stoten het af, maar wat als er één dag geen politiek zou zijn?”

Hoe denkt u dat idee met uw boek te veranderen?

“Het boek is een verlengstuk van mijn lezingen, waar ik vaak positieve reacties op krijg. Ik ben er lang genoeg mee bezig geweest. Herman Brusselmans schrijft romans die per 10.000 worden afgedrukt, terwijl dat bij gedichten per 600 is. Maar het effect van één bundel te hebben gelezen tegenover één roman, is veel groter. Vorige week werd ik opgebeld door iemand die vijftien jaar geleden aanwezig was op een lezing van mij. Hij vroeg me om een gedicht van toen dat hij nergens kon terugvinden. Poëzie zit dus nog in de mensen. Je moet het er alleen maar uit krijgen.”

Kan volgens u ook echt iedereen dichter worden?

“Iedereen kan het zeker leren om kunst te bekijken, te begrijpen en het de moeite waard te vinden. Het is zeker aan te raden om het te proberen, maar ga er voor zitten en neem er je tijd voor. Tijd verliezen, is tijd winnen. Niet iedereen hoeft een bundel uit te brengen voor mij, maar gewoon terug even kind worden door je verwondering, je nieuwsgierigheid te prikkelen. Als volwassene doen we dat niet meer. Dan pas zal je begrijpen waarom kunst wel zinvol kan zijn. Slechts er naar kijken of het lezen, is al een manier van er creatief mee bezig te zijn.”

Wat vindt u zelf het mooie aan poëzie?

Ivo moet even nadenken. “De verwondering en ontroering. Verwondering van iets nog niet op een bepaalde manier te hebben bekeken en ontroering door meer te zijn dan enkel een rationeel wezen. Poëzie brengt de woorden die anders onuitspreekbaar zijn. Als er iemand heen gaat, is het moeilijk om je gevoel op een bidprentje te zetten. Je weet niet wat te zeggen. Poëzie brengt die woorden. Het doet opnieuw leven.”

Wie geïnteresseerd is in de voorstelling van het boek kan donderdagavond vanaf 20.00 uur terecht in Huis Vossen in de Alfred Algoetstraat, 2, in Lennik. “Iedereen is welkom,” zegt Ivo zelf.

(Foto Regen, Derk Hazekamp)


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?