TERNAT - Poëzie en geneeskunde, twee disciplines die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben, werden samengebracht in de dichtbundel “Aambeien en Zetpillen” die het menselijk lichaam als inspiratiebron gebruikt. De bundel werd uitgegeven door Uitgeverij P (gespecialiseerd in poëzie) en was eerder te zien op de Antwerpse boekenbeurs in november.
Het concept van de bundel is een doktersvoorschriftenboekje, waarbij telkens een andere arts één gedicht voorschrijft. De gedichten kenmerken zich door een compacte en humoristische stijl.
“Wat toch wel bijzonder is aan het project, is dat we samenwerking hebben gezocht met echte artsen met de vraag of zij het peterschap van telkens 1 gedicht wilden opnemen. Onze vraag werd heel positief onthaald. Concreet werkten 54 artsen aan dit project mee, waaronder nogal wat BV-artsen (als je ze zo mag noemen) : Marleen Temmerman, Wim Distelmans, Pedro Brugada, Bo Coolsaet, Marc Cosyns, Hendrik Cammu, Patrik Van Krunkelsven, Vic Anciaux en nog vele anderen. Zij kozen een gedicht in de bundel die zij graag voorschrijven ipv medicatie”, vertelt Johan Borghys uit Ternat.
Poëzievoorschriften : gedichten als alternatieve geneeskunde
Het idee om een reeks gedichten te maken rond het menselijk lichaam ontstond ongeveer 6 maanden geleden met enkele gedichten rond vooral fysische lichaamsdelen. Gaandeweg breidde de reeks zich uit naar ook meer psychische en emotionele thema’s, alsook ziektebeelden verwant met het lichaam.
In de gedichten wordt de lezer uitgenodigd om op een onbevangen en verwonderde manier te kijken naar zijn eigen lichaam, naar het fascinerende samenspel van inwendige en uitwendige organen, zintuigen, gevoelens en gedachten. Ons lichaam dat we zo goed denken te kennen, waarvan we verwachten dat het 24 op 24 voor ons klaarstaat, en waar we ook vaak roofbouw op plegen. Als wijze moeder behoedt de natuur ons echter voor teveel eigenzinnigheid en wijst ons aan de hand van een breed spectrum aan kwaaltjes, ongemakken en ziektes op onze bescheiden plaats in het grotere geheel.
Dichter Ivo Van Strijtem deed de eerste screening , en samen met hem kwam de selectie van de hierbij ingesloten 53 gedichten tot stand, gerangschikt op alfabet, van Aambei tot Zetpil, waarbij elke letter van het alfabet vertegenwoordigd is door 1 of meerdere gedichten.
Het concept van de bundel is dit van een voorschriftenboekje, waarbij telkens een gedicht wordt voorgeschreven door een arts als alternatieve medicatie die de lezer meermaals per dag tot zich dient te nemen. Het idee was om elk gedicht ook daadwerkelijk door een echte arts te laten voorschrijven, waarbij elke arts het peter/meterschap van zijn/haar voorgeschreven gedicht zou opnemen, wat het een nog nadrukkelijkere impact zou geven.
Met een juiste dosering wordt de bundel ook ondersteund en verfraaid met kunstige zwart-wit foto’s. Deze foto’s tonen lichaamsdelen waarop (delen van) gedichten worden aangebracht of geprojecteerd.
Wie is Johan Borghys ?
Geboren op 29/12/’71 in Wilrijk, vader van 2 tieners en ingenieur van opleiding, momenteel werkzaam als afdelingshoofd binnen de informatica-afdeling van de groep Colruyt. “Hoewel mijn studies en professionele carrière anders doen vermoeden, heb ik van kindsbeen af een grote liefde voor taal en kunst. Reeds als jongen schreef ik teksten en verzen die initieel enkel binnen de directe familiekring circuleerden. Doorheen de jaren ben ik steeds gedichten blijven schrijven die ik in zeer beperkte oplage zelf bundelde. In de laatste jaren volgde ik verschillende poëzieworkshops bij dichter Ivo Van Strijtem. Deze workshops brachten me, naast veel voldoening, meer tot de essentie van mijn schrijven, zeg maar het ontwikkelen van een eigen stijl. Ik schrijf –wat ik zelf noem- poëzie van de kleine knipoog. Mijn thema’s zijn dingen die dichtbij elk van ons, mensen, staan. Ik zie mijn gedichtjes als kostbare kleinoden om te bewaren, en af en toe nog eens ter hand te nemen. Ik hoop dat ze dan aanleiding geven tot een moment van zelfreflectie of een innerlijke glimlach. Ik hanteer een eenvoudige, compacte stijl waarbinnen weinig plaats is voor hoogdravendheid of grote woorden. In plaats daarvan maak ik veelvuldig gebruik van humor, wat voor mij de ultieme vorm van (zelf)relativering is. Vaak gebruik ik hierbij de techniek van personificatie of oneigenlijk gebruik van taalelementen.
De gelaagdheid in mijn gedichten gaat voor mij verder dan enkel een spel met taal, het is één groot pleidooi voor de kunst van het relativeren. Het is een poëtische revolte tegen alle boude statements, oneliners in de overtreffende trap waar onze media bol van staat. Het wil een betoging zijn voor het basisrecht van ieder mens op twijfel en angsten, het recht op illusies en naïviteit, het recht van ieder mens om niet voortdurend alles in zijn leven ‘op een rijtje’ te hebben. In die zin zal het u wellicht niet verwonderen dat dichters als Wislawa Szymborska, Judith Herzberg, Anton Korteweg, Herman De Coninck, … tot mijn lievelingsdichters behoren”.
Wie is Adriaan Van looy ?
Geboren op 29/08/1973 in Mechelen. “In Sint-Lucas Brussel behaalde ik mijn masterdiploma in de beelden kunsten, optie reclamevormgeving. Ik ging aan de slag in verschillende reclameagentschappen, eerst als art director en later als creative director. Mijn liefde voor dit vak resulteerde in verschillende nationale en internationale prijzen, waaronder een Grand Prix bij de Creative Club Belgium, Best in Show bij John Caples in New York en als klap op de vuurpeil een Grand Prix in de categorie Direct op het werldbefaamde Cannes Lions festival. Naast deze creatieve job, is de honger naar het maken van kunst met de jaren verder toegenomen. Daaruit volgden verschillende tentoonstellingen in binnen- en buitenland. In 2000 richtte ik met enkele bevriende kunstenaars een kunstenaarscollectief op. Onder de naam ADAMAVA organiseren we eigen exposities. Naast deze eigen initiatieven zijn er ook samenwerkingen met verschillende galerijen, waaronder Campo&Campo Berchem. Mijn kunstwerken vertrekken altijd vanuit een conceptuele insteek en worden als reeksen gecreëerd. Ik zoek altijd naar een herdefiniëring van bestaande betekenissen. En dit door een verschuiving teweeg te brengen en de context aan te passen. Deze nieuwe verhalen krijgen vorm in zowel figuratief als abstract werk. Zonder vast te houden aan een specifiek medium heb ik een sterke voorliefde voor schilderkunst. Maar ik gebruik ook installaties en fotografie om mijn ideeën te vertalen naar visuele beelden”.
“De poëzie van Johan was voor mij een bron van inspiratie om te werken met tekst in beeld. Het menselijk lichaam dient als canvas voor het woord, dat via fotografie in beeld wordt gebracht. De sfeer en de kwaliteit van het beeld is primair ten opzichte van het geschrift. Slechts tekstfragmenten komen hier aan bod. De artistieke benadering met scherpte en onscherpte bepalen het karakter van de zwart-wit-beelden. Ook de uitgepuurde kadrage zorgt ervoor dat slechts fragmenten tekst”.
Info:
Voor wie de bundel wil aankopen. Deze is te koop in de betere boekhandel, bij de Fnac en online bij www.standaardboekhandel.be en www.bookido.be