Het postkantoor in de Gasthuisstraat in de Roosdaalse deelgemeente Pamel bleef gisteren de hele dag gesloten na een overval. Nog voor openingstijd sloegen twee daders hun slag. ‘Twee mannen hebben omstreeks half negen het eerste aankomende personeelslid staan opwachten, en zijn zo het postkantoor binnengeglipt’, vertelt Fred Lens, woordvoerder van de Post. De twee overvallers hebben de bediende bedreigd met een wapen, en hebben dan rustig gewacht tot ook een tweede werknemer binnenkwam. Onder dwang zijn de twee bedienden dan naar de kofferzaal gebracht, waar ze de kluis moesten openen. De daders hebben er al het geld uitgehaald. Het gaat om het startbedrag, wat niet weinig is.’ De buit bedraagt een kleine 30.000 euro.
De overval heeft best lang geduurd. ‘Het valt op hoe koelbloedig te daders te werk zijn gegaan. Ze hebben echt wel hun tijd genomen’, zegt Lens. ‘Want zo’n kluis is door allerlei tijdsmechanismen niet zomaar op één seconde open te krijgen. Zoiets neemt meerdere minuten in beslag. Maar dat was voor die daders blijkbaar allemaal geen probleem. Na een halfuur, net voor 9 uur, zijn ze dan vertrokken. Gelukkig hebben de daders geen geweld gebruikt.’
Net voor hun vertrek, sloten de daders de twee bedienden nog op in een kantoor van het postgebouw. De hulpdiensten hadden het nog moeilijk om hen daaruit te krijgen. De deur ging immers enkel open met een speciale sleutel. Uiteindelijk moest de postmeester van Dilbeek erbij gehaald worden, vooraleer de bedienden hun vrijheid terughadden. ‘Ze zijn ongedeerd gebleven, maar waren wel onder de indruk van de feiten’, vertelt Lens. ‘Onze dienst slachtofferhulp heeft hen opgevangen.’
De omwonenden hadden niets in de gaten van de overval. Zelf de directe bovenbuurvrouw, die de hele ochtend thuis was, heeft niets gezien of gehoord. Enkel een werkneemster van een rechttegenover gelegen bedrijf, heeft zonder het te beseffen de overval zien gebeuren. ‘Rond kwart na acht zag ik een man met lichtdonkere huidskleur heen en weer rondlopen voor het postgebouw’, vertelt Marianne Timmermans van dienstenchequesbedrijf PicoBello. ‘De man had precies een pruik op zijn hoofd, en daarom was hij me opgevallen. Ik had hem hier ook nooit eerder gezien. Iets later zag ik hem praten met een jonge vrouw van wie ik wist dat ze in de Post werkte. Omdat ik dacht dat ze elkaar kenden, heb ik er verder geen aandacht meer aan besteed en heb ik verdergewerkt. Kort na negen uur zag ik hier dan heel wat politiemensen aankomen. Toen al vroeg ik me af of er een verband was met die verdachte man. Dat meisje van de Post is nadien al wenend naar buitengekomen. Ze was echt wel onder de indruk.’