Minuut stilte in bedreigde folkclub 't Smiske in Asse

ASSE - In folkclub 't Smiske in Asse zal op 28 april een minuut stilte gehouden worden. Reden is het mogelijk wegvallen van belangrijke subsidies waardoor drie Vlaamse folkclubs, waaronder 't Smiske, eind dit jaar misschien wel de deuren moeten sluiten.

De muziekcommissie gaf de drie folkclubs een negatief pre-advies. Om deze situatie aan te kaarten nodigt de folkclub iedereen uit om op 28 april naar 't Smiske te komen voor het Jeu de Bal. De inkom is gratis die avond en je zal er in het gezelschap zijn van heel wat muzikanten. De folkacademies van Sint-Agatha-Berchem en Ieper spelen dan ten dans. "Om 22u houden we alle instrumenten stil en houden 1 minuut stilte. Die oorverdovende stilte zullen we opnemen en op video vastleggen", klinkt het. "Ondertussen hebben al meer dan 500 mensen een reactie achtergelaten op www.folkpodia.be, uw reactie is nog steeds zeer welkom!"

Over de problematiek in de Vlaamse folkwereld werd een open brief geschreven :

"Eind juni valt binnen de cultuursector het definitieve nieuws in de bus over al dan niet ontvangen van structurele subsidies. Wij zijn benieuwd of het beleid met zijn keuzes ruimte maakt voor kleinere podia buiten de grootsteden, cultuur die van onderuit opleeft, van tussen de mensen komt. Binnen de folk sector is de vrees groot dat een levendig muziekgenre onderuit wordt gehaald indien de pre-adviezen van de Beoordelingscommissie Muziek gevolgd worden.

Vandaag is de folkwereld in Vlaanderen meer en meer georganiseerd en geprofessionaliseerd. Dit is te danken aan een gestage opbouw van onderuit de voorbije 10 jaar. Dit cultuursegment is niet van bovenaf georganiseerd in vaste, grote  structuren waarbinnen muzikanten en publiek zich moeten inpassen. Neen, alle initiatieven zijn bottom-up gegroeid vanuit de muzikanten zelf en met steun van vele vrijwilligers.

Deze ‘kleinere’ folkpodia nemen binnen het landschap een dermate unieke positie in dat het verdwijnen of verminderen ervan een onvoorstelbaar hiaat zou creëren. Folkmuziek wordt onderwezen in steeds meer muziekacademies en steeds meer jongeren volgen deze richting. Deze muzikanten zullen hun weg zoeken in het cultuuraanbod en een deel van hen zal doorgroeien naar grote podia.  Door het wegvallen van subsidies voor kleinere folkpodia wordt een essentiële tussenstap voor veel muzikanten weggesneden. Dit betekent het einde van nieuwe ontdekkingen en misschien het verdwijnen van sommige genres.

Diversiteit

De kleinere podia bieden niet alleen ruimte voor projecten die artistiek nog kunnen groeien maar ook een podium waar steeds meer (internationale) groepen zeer graag spelen omwille van de kleinschaligheid en direct contact met het publiek. Neem ze weg en je neemt de diversiteit en identiteit weg.

We durven zeggen dat de kleine clubs een rijker folklandschap in Vlaanderen creëerden. Deze organisatoren zorgen juist door hun kleinschaligheid en eigenzinnigheid voor de culturele diversiteit waar we in Vlaanderen zo trots op mogen zijn en ze zijn ook van belang voor de artistieke continuïteit van het grotere circuit. Deze podia geven aandacht aan de beginnende en individuele kunstenaars, hebben een sterke sociale component, bevorderen de participatie door hun laagdrempeligheid en bieden kwaliteit, getuige de vele reacties van publiek en muzikanten. Zijn dit geen ankerpunten binnen het cultuurbeleid van onze huidige minister?

Zullen de cultuurbeleidsverantwoordelijken inzien dat de trend naar grotere (lees grootstedelijke) gehelen, de nadruk op hedendaagsheid, het belang van steeds meer publieksbereik, meer informatie en ja, voor een deel ook de veelbesproken ‘schottenloosheid’ het gevaar inhouden van een uniform cultuurconsumentisme? Muziek en cultuur als eenheidsworst.

Willen we dan ‘versnippering’ in het muzieklandschap? Zeker niet. We pleiten voor culturele diversiteit. Er is nood aan een gezonde mix van grote en kleinere structuren. In het folklandschap is er geen versnippering. Er is een grote samenwerking binnen de sector, maar we vinden niet dat zich dat moet vertalen in grotere gehelen, integendeel, dat men kiest voor de mogelijkheid tot groei en verdere ontplooiing van deze initiatieven.

De paradox van de vernieuwing.

Wanneer het cultuurbeleid de nadruk gaat leggen op het subsidiëren van actuele, hedendaagse of avant garde kunstvormen verhoogt de kans dat de kloof tussen cultuurparticipanten en diegenen die (nog) niet participeren steeds groter wordt. Muziek en cultuur in het algemeen is niet het prerogatief van ‘kenners’ of ervaren cultuurparticipanten, het is het recht van iedereen.

De podia waarover we spreken en we spreken namens een hele sector, zijn katalysatoren van cultuur. Zij zorgen mee voor de toeleiding van het publiek naar de ‘grote’ cultuurhuizen, zorgen voor niet-intentionele cultuureducatie en dragen bij tot meer culturele competentie.

Moet men binnen de folk dan niet vernieuwen? Natuurlijk wel. Vernieuwing kan enkel ontstaan uit kritiek op een traditie. Een traditie kan niet onbeperkt blijven bestaan als ze ongewijzigd blijft. Voorwaarde voor kritiek en vernieuwing is wel dat men de traditie kent.

Kom kijken en luisteren hoe jonge muzikanten op een nieuwe manier traditionele muziek spelen, niet reproduceren maar het repertoire hertalen. Hier is allesbehalve sprake van oubolligheid of populisme!

Wie twijfelt aan de noodzaak van folk als genre nodigen we uit op onze concerten, festivals, wedstrijden, vrije podia, jamsessies… Kijk en ervaar hoe het publiek, de artiesten, de organisatoren en de vrijwilligers het doen en maak dan een artistieke beoordeling.

We reageren vandaag niet als individuele organisaties maar voor de gehele folkwereld. We roepen dan ook iedereen op om te reageren op www.folkpodia.be.


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?