De wind is naar het noordoosten gedraaid. Van oorsprong is deze luchtsoort veel kouder.
Dat is vanmorgen (vrijdag) meteen duidelijk. In hartje Pajottenland is het kwik tot -2,5 graden onder het vriespunt gezakt.
Ukkel is het officiële meetstation van België. Ginds was het minder koud bij +1,5 graad. Dat komt door de aanwezigheid van vele gebouwen en wegen. Grote temperatuurverschillen over een zeer korte afstand.
Is een meetstation in de buurt van een grote stad wel accuraat? Ik durf dat in tijden van klimaatverandering in twijfel trekken.
De schrale matige noordooster heeft ook voordelen. De zon overheerst het weerbeeld. Amper wolken bij uiteindelijk 13 tot 14 graden.
Na een koude zaterdagmorgen (lichte vrieskou) wordt het opnieuw zonnig bij 15 graden. De schrale oost tot noordooster moeten we er wel bijnemen.
Zondag kantelt de wind naar het zuidoosten. Zo kunnen er tijdelijk wolken binnendrijven en mogelijk zelfs voor een lichte bui zorgen. De temperaturen moeten enkele graden prijsgeven (11 graden).
Maandagochtend is er eventueel nog wat bewolking aanwezig. In de loop van de dag wint de zon terrein en stijgen de temperaturen tot 15 graden.
Dat is het begin van een langdurige droge en zonnige periode. Op thermisch vlak zetten we een flinke stap voorwaarts. Bij veel zon wordt het 15 tot 20 graden.
De nachten blijven wel koud, de minima situeren zich maar net boven het vriespunt.