Er stroomt tot en met woensdag arctische lucht naar de lage landen. Dat gebeurt door een krachtig windveld. De lucht krijgt in zijn tocht richting Vlaanderen weinig kansen om op te warmen. Dat heeft uiteraard thermische gevolgen.
Vandaag (maandag) stijgt het kwik tot +5 graden. Bovendien staat er een vrij krachtig windveld uit noordelijke richtingen, het zal dus allemaal nog wat kouder aanvoelen dan het in werkelijkheid is.
Een neerslagzone zorgt in de loop van de ochtend (maandag) voor toenemende bewolking gevolgd door regen. In de Ardennen gaat het sneeuwen. Na de doortocht van de storing wordt het tijdelijk droog met zonnige momenten. Uit het noorden glijden talrijke aprilse grillen tot bij ons. Dat levert prachtige wolkenformaties op, maar ook buien van regen, hagel en smeltende sneeuw. Een lokale donderklap valt evenwel niet uit te sluiten.
In de nacht van maandag naar dinsdag krijgen de buien ook in het Pajottenland en de Zennevallei een steeds meer winters karakter. Het kwik schommelt immers tussen -1 en +1 graad. Tijdens de passage van een aprilse gril vormt er zich plaatselijk een laagje sneeuw/hagel. Oppassen dus voor gladheid op de weg!
Dinsdag en woensdag is het ronduit guur, koud zelfs. Van enige lente blijft niets meer over. De temperaturen moeten nog een graadje prijsgeven en stijgen tot amper +4 graden. Vooral op dinsdag ontstaan er nog geregeld winterse buien. De kans op gladde wegen blijft bestaan. Tussendoor zijn er droge momenten met behoorlijk wat zonneschijn. De noordenwind waait opnieuw matig tot vrij krachtig (rukwinden tot 70 km/u).
Tijdens de nachten komen er geleidelijk meer opklaringen tot stand en vermindert de buienactiviteit. Hierdoor zakken de minima tot net onder het vriespunt. In Pajotse dalen en valleien kan het plaatselijk 4 graden vriezen (afhankelijk van de duur van de opklaringen). In de Ardennen vormt er zich een sneeuwdek van verschillende centimeters, de temperaturen dalen er in de nacht en ochtend tot wel 10 graden onder het vriespunt.
Vanaf donderdag kantelt de windrichting steeds meer naar het westen. De scherpe kantjes gaan er uit. Langzaam maar zeker stijgen de temperaturen tot 10 graden. Enkel in de nacht blijft het oppassen voor een graadje vorst.
Tegen volgend weekend is het ergste leed achter de rug. De nachtvorst verdwijnt en de dagtemperaturen bereiken opnieuw de normale waarden voor deze tijd van het jaar (14-15 graden).