Een kritische evaluatie van geplande aanbouw Historisch Stadhuis

Gemeenteraadslid Yves Demanet van Halle2019 heeft een kritische analyse gemaakt van de geplande aanbouw aan het Historisch Stadhuis. Volgens Pieter Busselot, schepen van Patrimonium zijn sommige bezwaren voorbarig.

“In 2012 vernamen we voor het eerst dat de geplande noodzakelijke restauratie van het Historisch Stadhuis op het J. Possozplein ook een ‘aanbouw’ zou omvatten. ‘Toegankelijkheid’ enerzijds en ‘functionaliteit’ anderzijds zouden bepalend zijn voor een nieuw ‘gesloten volume’ dat aan het J. Possozplein een nieuwe dynamiek zou verlenen. Waar staan we anno 2020 nu de renovatie zelf zo goed als beëindigd is?”, vraagt Demanet zich af.

Op 3 januari jl. keurde het schepencollege, onder voorbehoud van een aantal wijzigingen, een voorontwerp van aanbouw goed dat nadien in de Commissie Dienstverlening en Algemeen Beleid op 09 januari jl. besproken werd.

“Het is op dit ogenblik niet duidelijk in welke mate de opmerkingen van de commissieleden zullen meegenomen worden in een eventueel aangepast voorontwerp.  Daarom drong een kritische analyse van het voorontwerp en de publicatie hiervan zich zonder uitstel op.  De aanbouw zal het uitzicht van de Halse historisch centrum voor de komende eeuwen bijzonder ingrijpend wijzigen; het is daarom belangrijk dat een project ontstaat waarin de huidige maar ook de toekomstige generaties van Hallenaren zich kunnen vinden”, meent Demanet.

“Het huidig voorontwerp faalt urbanistisch en functioneel over de hele lijn. Er zijn voor ons 8 bezwaren.

1)            De aanbouw is door zijn disproportionele afmetingen tov het Historisch Stadhuis een inbreuk op het ‘Beschermd Stadsgezicht’ dat er bij wet van kracht is sinds 17 oktober 1994. Alzo verdwijnt de zichtas op de Basiliekstraat vanuit het J. Possozplein volkomen : vanaf het rond punt aan de Senciestraat en de Leide wordt de ingang van de Basiliekstraat volkomen verhuld. 

En omgekeerd, vanuit de Basiliekstraat zal men nog alleen de bakstenen 20 meter hoge muur van de aanbouw zien in plaats van het daglicht en het  J. Possozplein tot voorbij het Vondel te kunnen aanschouwen; alleen een streepje Handbooghof zal overblijven voor wie zich aan de hoek van de Basiliekstraat met de Grote Markt bevindt.

2)            De geplande aanbouw bezit zelf geen enkele erfgoedwaarde en doet dus door zijn visuele impact afbreuk aan de erfgoedwaarde van de omgeving, de historische kern van Halle.

3)            De geplande aanbouw heeft geen ‘voorzijde’. Dit betekent niet alleen dat de ingangen zich langs de zijkant van de aanbouw bevinden, het betekent vooral dat het J. Possozplein opgezadeld wordt met een banale bakstenen achterzijde in plaats van een mooie efficïente en adequate inkomhal die op zich de dynamiek van een vernieuwd J. Possozplein kan aansturen.

4)            Het zicht op het Historisch Stadhuis. – samen met de Basiliek het enige Halse monument van internationaal belang - wordt op het J. Possozplein voor meer dan de helft ontnomen door een inspiratieloze bakstenen muur waarvan de wanden 4 meter hoger zijn dan de muren van het H.S. zelf. 

5)            Langs de zijkanten – zijde Basiliekstraat en zijde Sollembeemd -  is er een strook van amper 3 meter, de breedte van de liftkooi,  langswaar de achterzijde van het Historisch Stadhuis zichtbaar blijft.

6)            Deze 2 ruimtes van 3 meter breedte en 11 meter diepte tussen Stadhuis en aanbouw zijn visueel storend -  zoals intra als extra muros -  en nutteloos : ze zijn ingesloten door de hoge Stadhuiswand en de nog hogere aanbouwwand; men kan er in het beste geval fietsen stallen maar te vrezen valt dat ze vanaf de avond vooral gaan dienst doen als latrines en andere ongewenste aan het zicht ontnomen activiteiten.

7)            Voor het Historisch Stadhuis, dat aan de achterzijde 18 ramen bevat – 13 grote in de muur en 5 kleine in het zadeldak – is de impact qua leefbare werkomgeving bijzonder ongewenst :

-              11 ramen, 3 zadeldakramen en 8 grote muurramen, krijgen geen rechtstreeks zonlicht meer terwijl dit nu zowaar de hele dag het geval is.

-              Dezelfde 11 ramen zullen geen daglicht meer doorlaten maar in de continue slagschaduw van de aanbouw liggen met exclusief zicht op de bakstenen wand die zich op amper 3 meter van deze ramen bevindt!

8)            Het aanpalend gebouw, 3 verdiepingen met zadeldak en gelegen op de hoek van de Basiliekstraat  met het J. Possozplein, bevindt zich op amper 8 meter van de

22 meter hoge aanbouwwand van de aanbouw. Voor de bewoners zal er in hun woonvertrekken ’s ochtends geen ochtendzon meer zijn en ook geen daglicht meer, alleen dus vanuit hun salonvensters die 22 meter hoge bakstenen wand en dit dus in een zone met beschermd stadsgezicht.

Het voorontwerp ‘ aanbouw Historisch Stadhuis’ : Conclusie

“Er is in deze evaluatie al vastgesteld dat het Historisch Stadhuis na de renovatie en na de aanbouw er qua beschikbare oppervlakte meer dan 2 publiek toegankelijke verdiepingen bijkrijgt en dus in beschikbare ruimte meer dan verdubbelt. Door deze bijzonder fraaie toename van nieuwe publieke ruimte in het Historisch Stadhuis zelf kan de aanbouw ipso facto beperkt kan blijven tot wat het moet zijn: een gelijkvloerse inkomhal met een lift en traphal naar de 4 verdiepingen.”

“Zuiver functionele ruimtes zoals de elektriciteitscabine, technische ruimte, stookplaats kunnen in een ondergrondse ruimte geplaatst worden.  Een sanitaire ruimte kan gemakkelijk op het gelijkvloers van het Historisch Stadhuis geplaatst worden.”

“Ook het argument dat het J. Possozplein louter het gevolg is van een kaalslag in de 19de en 20ste eeuw rechtvaardigt de geplande buitenproportionele aanbouw niet. De afspanning ‘Het Schild van Bourgondië’ dat tegen de achtertraptoren aangebouwd was, kwam niet hoger dan 12 meter, met andere woorden niet hoger dan al de andere gebouwen op het plein, de Grote Markt, de Basiliekstraat en het Sollembeemd. Het aanbouwproject refereert dus duidelijk niet naar de vroegere historische aanpalende gebouwen zoals de afspanning en de aanpalende gebouwen langs de Vondelzijde.”

“Deze kritische evaluatie zal in eerste instantie ter informatie naar de hogere overheid Agentschap Onroerend Erfgoed gestuurd worden  en ze kan ze in een volgend stadium als basis dienen voor een klacht op een eventuele omgevingsvergunning voor het huidige voorontwerp”, besluit Demanet.

Van het Historisch Stadhuis een volwaardig gebouw maken

Pieter Busselot, schepen van Patrimonium repliceert. “Het ontwerp van de achterbouw is een traject dat al sinds de vorige legislatuur loopt. Ik kader nog even waarom dit traject opgestart werd.”

“Er is een achterbouw nodig om van het Historisch Stadhuis een volwaardig gebouw te maken, dat de komende decennia kan doorstaan. De achterbouw is enerzijds nodig voor een aantal functionele zaken (kokers voor leidingen, technische ruimtes, etc ) en anderzijds voor de toegankelijkheid (voornamelijk door het voorzien van een lift en voor het publiek toegankelijke toiletten).”

“Er zijn heel wat partners betrokken. De gesprekken met de ontwerper, met Fluvius, Onroerend Erfgoed, Inter en de brandweer zijn volop bezig. Hun input zal ongetwijfeld een impact hebben op het volume van de achterbouw. De opmerkingen die de commissie over het ontwerp suggereerde worden uiteraard ook meegenomen.”

“De architect zal op basis van al die info zijn ontwerp opmaken. Uitspraken doen over exacte volumes van de achterbouw zijn vandaag dan ook voorbarig. Het is niet juist om te zeggen dat de lift en de toiletten gewoon tegen het bestaande gebouw kunnen worden "geplakt". Er moet namelijk ook rekening gehouden worden met vluchtwegen voor de brandveiligheid, de toegankelijkheid van elk verdiep, etc. Zo'n visie zou bovendien contradictorisch zijn met de eerdere oproep om meer zichtbaarheid aan de achtergevel te geven.”

“De stelling dat de achterbouw minder hoog moet zijn dan de huidige kroonlijsthoogte van het historisch stadhuis, zou er bijvoorbeeld voor zorgen dat het bovenste verdiep niet toegankelijk is met de lift. Op die manier kunnen mensen in een rolstoel niet naar een tentoonstelling gaan kijken op dit niveau. “

“Vanuit de stad lijkt het ons belangrijk dat we de architect zijn werk laten doen. De architect is het best geplaatst om zowel technisch als architecturaal een ontwerp te maken dat rekening houdt met alle  adviezen en wettelijke bepalingen”, besluit schepen Pieter Busselot.


Nieuws melden Adverteren op Persinfo?