De laatste zondag van april is traditiegetrouw een feest voor de erfgoedliefhebber. Dit jaar was dit geenszins anders: maar liefst 26 activiteiten zetten het cultureel erfgoed van het Pajottenland en de Zennevallei in de kijker. Het thema ‘Beestig’ kon ondanks de natte weersomstandigheden toch maar liefst 3.322 bezoekers bekoren.
Van heinde en ver kwam het publiek naar Vollezele om het rijke erfgoed van het Brabants trekpaard te ontdekken: een uitzonderlijke kunst- en archiefcollectie geëxposeerd in het Hof Ter Haegen, unieke stukken in het museum voor het Belgisch trekpaard, een hoefsmid in actie en ritjes met de huifkar. Ook in Alsemberg, Wambeek en Essene konden bezoekers kennismaken met levend erfgoed: de duivensport, vinkenzetting en schapendrijven lokten heel wat volk.
Bij het krieken van de dag startte erfgoeddag gezwind met een honderdtal wandelaars die in Lennik en Roosdaal de Patjotse natuur tijdens een gegidste wandeling ontdekten. Ook in Beersel, Essene, Halle en Wambeek werd gewandeld. Beestig erfgoed ging op verschillende locaties ook hand in hand met vertellingen en muziek. In Roosdaal, Halle en Wambeek kon je genieten van concerten en op tal van locaties werd het onlangs heruitgebrachte Pajotse spookje van de hand van Pol De Mont voorgelezen.
Erfgoeddag vormt voor tal van organisaties ook steevast de gelegenheid om in het plaatselijke verleden te duiken. In de Heetveldemolen in Tollembeek werd de bakoven ingehuldigd met de bak van mattentaarten en kon de bezoeker het verhaal van de gemummificeerde kat ontdekken. In Herne liet de expo ‘Over koetjes en kalfjes’ de bezoeker kennismaken met de landbouwgeschiedenis van de gemeente en in Essene stonden de lokale duivenmelkers centraal. In Bellingen kon je voor het laatst de uitzonderlijke collectie nachtvlinders van Natuurpuntoprichter Roger De Smet bewonderen, een perfecte tandem met de expo ‘Vlinders vroeger en nu’ van het provinciedomein van Huizingen. In Schepdaal zette het buurtspoorwegmuseum de deuren open.