– Op 12 februari om 21u25 was het exact 50 jaar geleden dat de gemeente Itterbeek aan haar zwartste en zwaarste periode tot nog toe begon. In rusthuis Val Vert, gelegen op het huidige Steenpoel domein, brak op dat moment brand uit. De eindbalans was bijzonder zwaar : 22 doden en tientallen zwaar gewonden.
Waar er nu rustig gegolfd kan worden, gebeurde 50 jaar geleden het grootste drama ooit in de geschiedenis van Itterbeek. De brand is een ramp die ondanks de grote tragiek vreemd genoeg niet zo bekend is in de streek. Maar dat komt omdat de meeste bejaarden in het rustoord werden geplaatst door Brusselse OCMW’s. Bovendien is het graf, waarin de 22 doden werden begraven op het Itterbeekse kerkhof, jaren geleden opgeruimd.
Raoul Van Cutsem herinnert zich het drama nog heel goed. “We hoorden de sirenes van de brandweerwagens en toen we naar buiten keken zagen we de vlammen uit het dak slaan. We zagen hoe mensen uit de ramen van de bovenste verdieping hingen en om hulp smeekten. Voor hen kwam de hulp te laat.” De Brusselse brandweer moest op zoek gaan naar bluswater en toen ze dat eindelijk vonden was het te laat. “De kerk van Itterbeek was te klein voor de 22 doodskisten waardoor de uitvaartdienst in de zaal Modern werd gehouden. De doden werden begraven in een gezamenlijk graf op het Itterbeekse kerkhof.”
Het uitgebrande kasteel werd na enkele jaren afgebroken en Raoul Van Cutsem liet er een golfclub aanleggen. Het drama in Val Vert was de aanleiding tot het uitvaardigen van een wetgeving op de brandveilighied in rustoorden.
Lees wat er toen gebeurde na in een hoofdstuk van het boek 'Rampen in België' van auteur Christian Deglas. Klik hier: Brand Val Vert
Zandsteen
De naam Steenpoel verwijst naar een steengroeve. Met de zandsteen werd de Sint-Pieterskerk in Itterbeek gebouwd. Het kasteel Pierrefonds (Steenpoel ) dateerde uit de 19e eeuw. De eigenaars waren achtereenvolgend de families Dansaert, Toicq, Timmermans-Schoonjans, Bois, Timmermans-Walravens. Na het overlijden van Franz GérardTimmermans, burgemeester-brouwer van Itterbeek (1866-1961) erfde zijn enige dochter het domein. De familie Van Cutsem-Timmermans verkozen het kasteel zelf niet te betrekken en verhuurden het als rusthuis.