LENNIK – Voor het eerst in zowat 5 legislaturen zal de MilieuOrganisatie Lennik niet zetelen in de milieuraad. MOL vreest dat het milieu in de verdrukking komt in de milieuraad, die trouwens nog altijd niet is opgericht. Milieuschepen Heidi Elpers beticht de MOL van sabotage.
Gemeenteraadslid en gewezen milieuschepen Geert De Cuyper vroeg op de gemeenteraad van maandagavond wanneer de milieuraad nu eindelijk wordt opgestart. Schepen Heidi Elpers antwoordde dat dat zal gebeuren als de milieuvereniging haar kandidatuur indient. De Cuyper: “De mensen van Natuurpunt-MOLennik zijn misnoegd. De milieuraad bestaat al legislaturen en de MOL draaide altijd op een positieve manier mee. Jullie beperken hun aanwezigheid. Ze willen geen minderheidspartij zijn en daarom willen ze geen lid worden.”
Elpers repliceerde dat ze het spijtig vind dat de MOL hun standpunt in hun tijdschrift zet en het haar niet laten weten. “Het is jammer omdat er zo veel geïnteresseerde burgers zich aangemeld hebben. Het is jammer dat een milieuvereniging een milieuraad boycot”, aldus Elpers.
Willy Van Everbroeck, voorzitter van Natuurpunt-MOLennik: “Er is ons gewoon niets gevraagd. Vroeger werd ons altijd gevraagd om kandidaten aan te duiden voor de milieuraad. Hadden ze ons iets gevraagd dan konden we antwoorden”, zegt Van Everbroeck. “We hebben het probleem meermaals besproken in ons bestuur en we nemen een voorzichtig standpunt in. Het is niet omdat we niet in de milieuraad zetelen dat we niet meer willen samenwerken met de gemeente of dat we geen voorstellen of adviezen meer zullen geven”.
Ledenblad
“We hebben via ons ledenblad onze leden geïnformeerd over ons standpunt. Dat tijdschrift wordt ook gestuurd naar de milieudienst, het schepencollege, de milieuschepen en de burgemeester. We zijn vooral bang dat er weer een scenario opduikt zoals in de tijd van voor de invoering van de milieuconvenanten. De milieuraad werd toen dikwijls misbruikt om beslissingen door te drukken die niet altijd gunstig zijn voor het milieu. We vrezen gewoon dat de kans groot is dat wij in besprekingen over delicate punten voor het milieu, altijd het onderspit gaan moeten delven. Bovendien kan, met het nieuwe reglement, iedereen zich kandidaat stellen en beweren dat hij of zij lid is van een vereniging”, besluit de voorzitter.
We geven hieronder het artikel uit het ledenblad van Natuurpunt-MOLennik integraal mee:
“In het gemeentelijk informatieblad juli-september vonden wij een artikeltje onder de titel: ”werk mee aan het milieu in jouw gemeente”. Nader beschouwd bleek het een oproep te zijn voor kandidaturen voor de nieuw op te richten Minaraad (Gemeentelijke Adviesraad voor Milieu en Natuur, vroeger meestal milieuraad genoemd).
Zoals in ons juninummer al gemeld, zijn we niet te spreken over het feit dat de milieu/natuurverenigingen slechts nog een minderheidsparticipatie krijgen in deze raad.
Eigenaardig vinden wij nu ook, dat de eventuele kandidaten zelf mogen opgeven welke organisatie ze wensen te vertegenwoordigen. Vroeger was het de organisatie die kandidaten kon voordragen om zich te laten vertegenwoordigen. Nu kan dus, om het even wie, zich kandidaat stellen en zogezegd Natuurpunt of welke andere vereniging ook, gaan vertegenwoordigen.
Niet alleen krijgen de natuur/milieu-verenigingen slechts een klein aantal zetels ter beschikking, maar het is dan nog mogelijk dat deze, of een deel van deze zetels, bezet worden door mensen die weinig of niets vandoen hebben met natuur of leefmilieu. Op die manier wordt de invloed van de natuur/leefmilieusector in deze raad wel zeer zwak.
Vroeger, vóór de Vlaamse overheid, via de milieuconvenanten, aan de gemeenten de oprichting van een milieuraad in een welomschreven vorm oplegde, hadden al een aantal gemeenten een dergelijke raad (Lennik niet). In sommige gemeenten, ook in buurgemeenten, werd deze raad toen echter regelmatig gebruikt als ‘schild’ voor het bestuur, bij het nemen van onpopulaire maatregelen, al dan niet in het belang van leefmilieu. Het bestuur ging zich dan verschuilen achter een zogenaamd gunstig advies van de milieuraad, waarin, ook toen, zelden een degelijke vertegenwoordiging van het leefmilieu aanwezig was.
Wij vrezen dat, nu de controle van de hogere overheid is weggevallen, het snel weer dezelfde kant opgaat.
Hoe dan ook is het niet uit te sluiten dat, in een adviesraad met een minderheidvertegenwoordiging van leef-milieu, regelmatig adviezen worden uitgebracht die alles behalve goed zijn voor ons leefmilieu. Omdat wij daaraan niet medeplichtig willen zijn hebben de bestuurders van Natuurpunt M.O.Lennik besloten zich geen kandidaat te stellen voor deze adviesraad.
Dit betekent hoegenaamd niet dat wij niet bereid zouden zijn om ons gemeentebestuur te adviseren of te ondersteunen in een degelijk milieubeleid, wel integendeel. Wij zullen blijven streven naar een goed contact met de schepen van leefmilieu en met het college van burgemeester en schepenen, en op vraag of uit eigen beweging, ideeën doorgeven die de natuur en/of het leefmilieu in Lennik ten goede kunnen komen.”